Op Voorhaven nr 12 staat De Dubbelde Palmboom. Het gebouw bestaat uit twee aan elkaar gebouwde voormalige pakhuizen, die in 1825 zijn gebouwd als het graanpakhuis Denemarken. Het pakhuis werd gebouwd in opdracht van Abraham Rijckevorsel. Hij was handelaar in granen en de eerste voorzitter van de Rotterdamse Kamer van Koophandel. 

In het gastenboek stelde Annette Dalhuisen de vraag: hoe komt de Dubbelde Palmboom aan haar naam, en dan vooral de ‘de’ in dubbel-de palmboom?
Het is niet helemaal zeker volgens Winny te Kloese (PR en evenementen voor De Dubbelde Palmboom), maar naar alle waarschijnlijkheid zit het als volgt: aanvankelijk werd het pakhuis in 1860 bij de ingebruikname als distilleerderij gewoon ‘De Palmboom’ genoemd. Even verderop in Schiedam was echter al een pakhuis met de naam ‘De Palmboom’, maar ongeveer half zo groot. Dus werd het dubbel zo grote pakhuis in Delfshaven hernoemd tot Dubbel ‘De Palmboom’. Later werd dat verbasterd tot ‘De Dubbelde Palmboom’. Aannemelijk verhaal, toch? 


Omstreeks 1860 werd in het pand een distilleerderij gevestigd en werd de naam veranderd in De Dubbelde Palmboom. De oude zwart-wit foto hieronder toont de distilleerderij met de eerder hoekige gevel. Het kleurverschil in de stenen wekt echter de indruk dat het aanvankelijk een dubbele puntgevel is geweest.

Het pakhuis heeft ook dienst gedaan als opslagplaats voor Steenkolenhandel J.G.van der Kloot en daarna was kistenfabriek H. Nijman er gevestigd. Een hogevloedsteen in de onderpui vermeldt de data waarop door de hoge waterstand de kade overstroomde.


Hierboven nog een oude foto, met ter rechterzijde van het pakhuis een aantal in de vorige eeuw gesloopte panden. 

De hoekige gevel is ook te zien op  deze foto van de mijnenveger Jacobus Willem van Brederode, die dienst deed als thuishonk van de Zeeverkenners.

In 1975 ging het pakhuis dienst doen als Museum De Dubbelde Palmboom, waarbij de hoekige gevel werd omgebouwd tot de huidige dubbele klokgevel. De Dubbelde Palmboom was onderdeel van Museum Rotterdam en had wisselende exposities met de meest uiteenlopende thema’s.

In 1996 en 1997 werd het pand geheel gerenoveerd en het museum opnieuw ingericht, teneinde het toegankelijker en overzichtelijker te maken. Men zorgde ervoor dat het ongepolijste, ambachtelijke karakter van een oud pakhuis daarbij bewaard bleef. Helaas voelde Museum Rotterdam zich in 2013 gedwongen dit karakteristieke Delfshavense pand af te stoten vanwege ingrijpende overheidsbezuinigingen en de door de Gemeente Rotterdam gevraagde huren. Hetzelfde gold voor hun andere dependance: het 17e-eeuwse Schielandhuis in het centrum. Onze overheiden beseffen blijkbaar al te goed wat dingen kosten, van de waarde hebben ze helaas minder besef.  Sic transit gloria mundi.

De achterzijde van het pand, gezien vanaf de Achterhaven.

De zwartwit foto uit het begin van de vorige eeuw geeft een beeld van de achtergevel van de Dubbelde palmboom, gezien vanaf het voormalige Piet Heynplein. Zowel dit plein als de huizen op de achtergrond moesten begin jaren ’60 het onderspit delven bij de aanleg van de Coolhavenverbinding met de Achterhaven.

De foto hieronder, genomen vanaf de overkant van bovengenoemde Coolhavenverbinding, geeft een aardige indruk van de afmeting van dit voormalige pakhuis.